
Prof. dr. Schelto Kruijff
Oncologisch chirurg bij het UMCG

“Het grootste risico is dat je het probleem te lang bij je houdt en dat eigenlijk niemand weet dat het probleem bestaat.” Zoek elkaar dus op en deel dilemma’s met andere professionals, wil Schelto Kruijff maar zeggen. “Mensen zijn dol op problemen oplossen, dat vinden ze hartstikke leuk. Ik heb laatst de biografie van Obama gelezen en het viel mij op dat hij bij problemen mensen bij elkaar riep om samen aan oplossingen te werken. Dat is toch een wonderlijk proces: door aan een tafel te gaan zitten en die breinen aan elkaar te schakelen, komen er oplossingen uit.“
“In the end, you will always need to brainstorm with other people to come up with ideas to move forward.”
De gemiddelde OK in Nederland is nog niet goed geoutilleerd om gebruik te maken van deze nieuwe technieken. Het is bovendien de samenwerking tussen biochemische stofjes en beeldvorming die het extra complex maakt. De omstandigheden voor iedere soort kanker en elke patiënt verschillen. Eigenlijk heb je voor iedere tumorsoort een ander stofje waarmee de tracer aan de kankercellen blijft kleven, legt Schelto uit. “Voor elk type tumor apart moet je dus onderzoek doen. Heb je de juiste tracer? Op welke moment moet de tracer ingespoten worden bij de patiënt en op welke specifieke snelheid? En wat is de afstand in de OK tussen camera en patiënt? Hoeveel licht heb je in die specifieke OK nodig? We zijn nog volop aan het onderzoeken op welke manier al die factoren differentiëren. Vergelijk het met de ontwikkeling van de PET-scan van veertig jaar geleden.”
HTRIC kan een rol spelen om het proces te versnellen, denkt Schelto. “Het is belangrijk dat anderen weten dat ik deze dilemma’s heb. Uiteindelijk zul je altijd met anderen mensen moeten brainstormen en ideeën bedenken om verder te kunnen. HTRIC kan het podium zijn waardoor wetenschappers, ontwikkelaars, mensen vanuit de industrie met elkaar gedwongen worden om te bedenken hoe we een probleem gaan aanpakken.”
"Kwetsbaar durven opstellen."
Blijf niet in je eentje aanmodderen, is dus het advies, hoewel het voor sommige professionals lastig is om aan te geven dat er behoefte is aan andermans kennis. Dat is een kwestie van cultuur, denkt Schelto. Het is in sommige specialismen ongebruikelijker om advies te vragen buiten de eigen spreekkamer. Samenwerken met een collega van buiten het wetenschappelijke instituut is ongemakkelijk. Als die collega ook nog bij een andere universiteit werkt, is het soms zelfs onbespreekbaar. Chirurgen hebben het wat dat betreft gemakkelijker, denkt Schelto. Bij hen zit het samenwerken in een team al in het professionele DNA; ze moeten wel samenwerken bij een operatief proces. “Dan ben je gewend dat je kwetsbaar bent en dat je het samen moet rooien.”
HTRIC zou ook een rol kunnen spelen in het doorbreken van die cultuur, hoewel dat niet gemakkelijk is. “De belangrijkste drijfveer van samenwerken is dat mensen zien dat ze gewoon niks voor elkaar krijgen in hun eentje. De mensen die dat vroeg doorhebben, die bereiken meer”, zegt Schelto.
Hij noemt het executieve kracht: om iets voor elkaar te boksen moet je het prioriteit geven, er tijd aan opofferen en niet bang zijn om op je bek te gaan. Niet tegen elkaar verzuchten dat iets ‘eigenlijk geregeld zou moeten zijn’ en dan niks doen.
Schelto Kruijff heeft op die manier al verscheidene keren symposia over schildklierkanker georganiseerd samen met endocrinologen, nucleair geneeskundigen, pathologen. Los van de vaste clubjes die die beroepsgroepen allemaal hebben. “We behandelen de patiënt met wel vijf disciplines. Ik weet veel van chirurgie, maar niet van de rest. Er bleek heel duidelijk behoefte te zijn om elkaar te spreken.”
HTRIC gaat niet ineens alles veranderen, waarschuwt Schelto. “Expectations are the mother of all disappointment.” Je moet natuurlijk ambitieuze doelen stellen. Maar mijn verwachtingen zijn anders. HTRIC is een complex sociaal proces, en dus ben ik tevreden als ik af en toe compleet wordt verrast door iemand met informatie waar ik anders nooit achter was gekomen.” Hij heeft zelf een concreet doel met HTRIC: “Ik wil die fluorescentie echt naar de kliniek brengen. Dat moet je samen met de industrie doen.” We moeten dan ook af van het taboe op de samenwerking tussen artsen, wetenschap en het bedrijfsleven, vindt Schelto. “Mits je goed benoemt wat je doet en wat je belangen zijn, kun je gewoon samenwerken.”
HTRIC kan de executieve kracht aanzwengelen. “Je kunt er als arts makkelijk onder het mom van tijdgebrek – en die is reëel – voor kiezen om je aandacht louter te richten op de bestaande patiënten. Daar is trouwens niks mis mee. Maar het betekent dat je wanneer je met pensioen bent, veel mensen individueel hebt geholpen, maar dat je niks hebt kunnen veranderen voor een grotere groep.”
Prof. dr. Schelto Kruijff is oncologisch chirurg bij het UMCG en gespecialiseerd in endocriene tumoren, zoals (bij)schildklier- en bijniertumoren, en peritoneaal gemetastaseerd coloncarcinoom. Daarnaast is hij hoofdonderzoeker bij Optical Molecular Imaging Groningen (OMIG).